Het gaat hier om aantallen. Om 24, 25, 26 en 25 + 24 stuks. In het eerste werk is gebruik gemaakt van witte mondmaskers. Zij zijn gegroepeerd in vier rijen van elk zes maskers. Een blank reliëf dat, door het gebruik van stoffen maskers in een effen structuur, het midden houdt tussen een werk van Piero Manzoni en een reliëf van Jan Schoonhoven. Bij het tweede werk gaat het om vijfentwintig wandtegels. Opgesteld in vijf rijen van vijf. Het zijn tegels zoals ze in vele culturen voorkomen doch in dit geval voorzien van een zeer bijzondere afbeelding. Het derde werk in de serie is een poging om op grafisch verantwoorde wijze 26 letters onder te brengen. Dat lukt als er genoeg woorden worden gebruikt. In dit geval zijn het woorden die allemaal met een Y beginnen. Namen van plaatsen over de gehele wereld. Het eerste woord is de naam van het dorp Y in Noord-Frankrijk. Het laatste woord is ter afronding de plaats Yy. Die is verzonnen. Ertussen liggen tweehonderdvierenveertig plaatsnamen. Ten letste. Hoe maak je met 25 + 24 toevallig gekregen ronde metalen schijven een min of meer aantrekkelijk werk. Door bijna de helft ervan (24) op twee zilverkleurige gekruiste banen te monteren en de rest van de negenenveertig (25) op de overige oranje ondergrond. In de schijven zitten gaatjes die door ledlampjes van achteruit worden beschenen.