In deze serie werken zijn vier verschillende compositievormen gedacht. In de eerste plaats een foto van een verzameling voorwerpen. Allerlei verpakkingen door elkaar in dit geval. Het tweede werk is ook een verzameling maar dan gestructureerd. Allelei foto’s zijn hier in een strak geordend programma over het geheel verdeeld. Dit derde werk is gemaakt in de twaalf weken dat de lente duurde. Zij laat zien hoe deze zich ontwikkelt van kale boomstammen tot een weelderige groei. Het laatste werk in deze serie is een reeks van negen portretten. Afbeeldingen van personen over ruim tweeduizend jaar. In chronologische volgorde zijn dat een foto van een sculptuur van een Egyptische vorstin, de kop van de oerdenker, de humanist Erasmus, de moeder Olympia, de filmster Monroe, de filosoof Nietzsche, de taalkundige Beckett, de dichter K.Schippers en de wetenschapper La Tour. Alle foto’s zijn samengesteld uit een zwart-wit deel, een derde deel in kleur en de rest als negatief.